Leerkrachten aan het woord over hun ervaringen, als trainee én trainer
Famke Mochel en Lisa Peperkamp zijn allebei groepsleerkracht op basisschool Wereldwijs in Amsterdam Zuidoost. De school werd een paar jaar geleden geselecteerd om deel te nemen aan het ONA-professionaliseringstraject. Belangrijk hierbij was dat de school al veel expertise had op het gebied van formatief handelen. Bovendien werken ze al langere tijd evidence informed: Wat wetenschappelijk bewezen werkt, wordt toegepast in de eigen context. Zes leerkrachten namen samen met de schoolleider deel aan het ONA-traject om als expertschool en onderzoeksschool hun skills te versterken. Verschillende collega’s zijn inmiddels getraind in de methode, net als Famke en Lisa. En inmiddels verzorgen ze ook zelf trainingen en masterclasses voor andere Amsterdamse leerkrachten over formatief handelen. Lees hier hun verhaal.
Famke: “Ik kan me nog precies herinneren wanneer onze school aan dit verdiepingstraject begon! Ik was toen nog werkzaam als LIO op school hier. Ik stond voor groep acht, Bram begeleidde me daarbij. Ik had het hier zo naar mijn zin dat ik na mijn opleiding ben gebleven. Naast mijn werk als leerkracht voor groep 8 ben ik ook coördinator Wetenschap & Techniek.”
Lisa: “Ik sta intussen 13 jaar voor de klas, waarvan 12 jaar op Wereldwijs. Dat zegt ook wat, he? Ik ben ooit in een kleutergroep begonnen. Ik vond mezelf ook echt een kleuterjuf en specialiseerde me in het jonge kind. Maar na verloop van tijd kreeg ik eerst groep 3 onder mijn hoede. Vervolgens een groep 4, en uiteindelijk eindigde ik met groep 8. Naast mijn werk als groepsleerkracht ben ik didactisch coach. Niet alleen voor mijn eigen collega’s op school hier, maar ook voor collega’s van andere scholen binnen het Zonova bestuur. Ik ben ook schoolopleider voor PABO-studenten en examinator bij de Hogeschool van Amsterdam. Ik heb nu zelf een jong kind en sta wat minder voor de klas dan vroeger. De inhoudelijke taken ernaast maken het werk voor mij heel uitdagend en afwisselend.”
ONA: hier begon het mee
Famke: “Het begon gewoon op een studiedag! Er werd gepolst wie er interesse had voor het ONA-traject. Lisa en ik waren beiden enthousiast en gaven bij onze directie aan dat we graag mee wilden doen. Daar werd binnen onze school ruimte voor gemaakt. We startten het traject met een eerste training, en met onderzoek. We leerden om aan onze eigen collega’s uit te leggen wat dit traject precies inhield. Nodig, want zo’n traject vergt wel wat, van het hele team. Goed dus, als alle neuzen dezelfde kant op staan.”
Lisa: “Na het eerste jaar ONA was het zover: we gingen zelf trainingen verzorgen. Nu geven we onder andere de masterclass formatief evaluen aan andere scholen en onderwijsprofessionals in Amsterdam. Ik heb samen met mijn directeur onder meer de collega’s op de Rijk Kramerschool mogen trainen. Ik heb ze veel verhalen uit de praktijk kunnen meegeven. Ik sta momenteel nog 1 dag per week voor de klas. Door mijn andere taken kan ik erg goed observeren wat ik in de verschillende klassen zie gebeuren. Die kennis deel ik graag!”
Begin met de mindset
Famke: “Het begint met de juiste mindset creëren. Neem je cursisten mee in wat ze gaan leren, wat ze kunnen verwachten.”
Lisa: “Ofwel: verwachtingsmanagement. Je bespreek met elkaar hoe je het beste leert en wat daarbij past. Je hebt het ook over mogelijke leerkuilen, die vrijwel in ieder leertraject opdoemen. Je leert om heldere en haalbare doelen te stellen en de daarbij behorende succescriteria te bedenken. Daarna komen andere aspecten aan de orde. Hoe geef je een kind genoeg nadenktijd? Hoe verdeel je beurten over een klas, wie kies je ervoor uit? We geven handreikingen om kinderen actief te betrekken, bijvoorbeeld door ze feedback te laten geven aan elkaar. Ook bouwen we controles in om te kijken of de leerstof geland is. Dat kun je doen via een toets. Maar je kunt ook tijdens de les checken of het geland is en begrepen wordt. Dat scheelt je na schooltijd veel nakijkwerk!”
Famke: “Door rond te lopen in de klas – en niet pas na de les begrip te controleren – kan je feed-up geven aan een leerling. Op die manier krijgt een kind al tijdens het leerproces feedback, en kan het er direct iets mee. Daarbij observeren we goed: welk kind heeft extra instructie nodig? We grijpen in als duidelijk is dat een kind iets niets snapt. We zien dat kinderen dit ook zelf doen, en elkaar helpen. Ik leer de kinderen daarbij dat fouten maken erbij hoort. Want van fouten leer je.”
Dit zie je in de klas
Lisa: “Uit meta-analyses van John Hattie (Visible Learning) blijkt dat formatief evalueren een groot positief effect heeft op leerontwikkeling van kinderen. Ik zie intussen zowel pedagogisch als didactisch positieve veranderingen in de klas. Omdat de kinderen eigenaar zijn van hun eigen leerproces en we deze ontwikkeling zichtbaar maken, kan elk kind persoonlijke groei ervaren.”
Famke: “Elk kind heeft zijn of haar eigen kwaliteiten en heeft het in zich om te groeien. Ieder kind kan succes hebben. We zien onder de kinderen dat de bereidheid om elkaar te helpen groot is. De kinderen kijken naar hun eigen groei, naar wat ze allemaal leren. En dit inspireert mij ook als leerkracht.”
Dit doe ik als trainer
Lisa: “Ergens klinkt het allemaal wel logisch, wat wij onze deelnemers leren. Maar hoe organiseer je het in jouw klas? We laten ze vooral heel veel beeldmateriaal en formats zien van hoe wij dingen vormgeven bij ons op school. Dat zijn vaak hele simpele tastbare hulpmiddelen, om het proces te ondersteunen.”
Famke: “We leren ook dat er veel ruimte is voor eigenheid. Iedere school is anders. Iedereen kan het gereedschap, de kennis, op een eigen manier vormgeven in de klas. We leren mensen dingen niet te ingewikkeld te maken. Het aantal doelen per keer behapbaar te houden. Dat is nodig om ook als docent te kunnen groeien!”
Lisa: “En eerlijk zijn naar jezelf toe! Realistische en eerlijke inschattingen maken, haalbare doelen formuleren!”
Trots
Lisa: “Deze methodiek zit al helemaal verankerd in mijn doen en laten. Ik leer mijn kinderen zelf na te denken over wat ze nodig hebben. Voor onze deelnemers is het waardevol om van een collega te horen wat werkt in de klas. Ze nemen veel eerder iets van ons aan dan van een externe trainer – die niet per definitie voor de klas staat.”
Famke: “Het is zo leuk om te zien dat je als leerkracht echt het eigen leren kan stimuleren en dat kinderen meer intrinsieke motivatie krijgen om te kunnen groeien. Dat is echt eigenaarschap over je eigen ontwikkeling.”
Lisa: “En ook wel fijn dat we allemaal Amsterdamse collega’s trainen. Dat heeft ook meerwaarde. We kennen allemaal de problematiek van voor een groep met grote diversiteit staan, in een tijd van volle klassen en een lerarentekort. Die herkenning werkt! We weten waarover we het hebben.”